Onlangs zijn veel overdrachtsregisters, van schepenbank archieven bij het HCL, gedigitaliseerd. Het is nu mogelijk om deze registers online te bekijken op archieven.nl.
Wat is een overdrachtsregister?
Overdrachtsregisters of transporten zijn overdrachten van onroerend goed, die in de periode vóór 1796 door de plaatselijke schepenbank werden vastgelegd. De meest voorkomende zaken in overdrachtsregisters zijn:
- eigendomsoverdracht van onroerend goed;
maar ook:
- geldleningen met hypotheek;
- testamenten;
- huwelijkse voorwaarden;
- vestiging van grondrente;
- boedelscheidingen;
- of benoemingen van voogden geregistreerd.
Tegenwoordig ligt de vastlegging van juridische gegevens over onroerend goed, geheel in handen van het notariaat en het kadaster. Vóór 1796, het begin van de Franse Tijd in Limburg, was de vastlegging van juridische zaken een lokale aangelegenheid van plaatselijke rechtbanken (schepenbanken). De schepenbanken hadden daarin geen monopolie, want ook andere rechterlijke instanties zoals laatbanken en leenhoven hielden registratie van onroerend goed bij. Naast die verdeling van instanties was registratie van onroerend goed voor 1796 niet verplicht. Overdrachtsregisters uit die tijd bieden dus geen waterdichte boekhouding en naadloze reconstructie van het verleden.
Verschillende benamingen
De overdrachtsregisters of protocollen, staan per streek onder verschillende benamingen bekend. In Noord-Limburg wordt vaak gesproken over ‘transportboek’, protocol van ‘beswaer of erfenisse’ of ‘register van guedinge’. In Zuid-Limburg is de benaming ‘gichtregisters’ gebruikelijk, terwijl in Midden-Limburg diverse benamingen gebruikelijk zijn.
Noord- en Zuid-Limburg
Er is nog een ander belangrijk verschil tussen Noord en Zuid. In Noord-Limburg verschijnen partijen direct voor schepenen en de secretaris van het gerecht, terwijl in Zuid-Limburg vanaf de zestiende eeuw veelal eerst de tussenkomst van een notaris wordt ingeroepen. Die maakte de akte op en bood die vervolgens ter registratie of ‘gichting’ bij de schepenen aan. Dit betekent dat in Zuid-Limburg de gichtregisters (ofwel overdrachtsregisters) van de schepenbanken en de notariële inhoudelijk deels hetzelfde zijn of elkaar aanvullen, terwijl in Noord-Limburg vrijwel alleen de registers van de schepenbank voor onderzoek ter beschikking staan.
Welke extra informatie biedt een overdrachtsregister? Enkele tips...
Een overdrachtsregisters kan bijvoorbeeld extra informatie bieden over voorouders, vroegere familie bezittingen of informatie over historische panden. Deze informatie is uitgebreider dan vaak het geval is bij bronnen zoals het kadaster of een geboorteakte.
Overdrachtsregisters als genealogische bron
Bent u bezig met familieonderzoek? En wilt u meer over uw voorouders te weten komen dan alleen een geboortedatum of trouwdatum? Grote kans dat u extra informatie vindt door akten van overdracht na te pluizen. Dit kan alleen als er in uw familie vroeger transacties of overdrachten hebben plaatsgevonden.
Het gaar hierbij met name om overdrachten van onroerend goed, die in de periode vóór 1796 door de plaatselijke schepenbank werden vastgelegd. Voorbeelden van zulke overdrachten, zoals genoemd op de introductiepagina, zijn:
- eigendomsoverdracht van onroerend goed;
- geldleningen met hypotheek;
- testamenten;
- huwelijkse voorwaarden;
- vestiging van grondrente;
- boedelscheidingen;
- of benoemingen van voogden geregistreerd.
Notaris Vrancken, regelmatig bezoeker van het RHCL en secretaris van de 'Stichting Vrienden van het Regionaal Historisch Centrum Limburg', doet al jarenlang onderzoek naar zijn eigen voorouders. In een interview met het RHCL legt hij uit hoe hij hierbij gebruik maakt van de overdrachtsregisters.
Stel, u koopt een historisch pand. De bouwdatum staat op de gevel: 1706. Wie gaf meer dan drie eeuwen geleden de opdracht tot de bouw? Wie gingen er wonen? En wie waren de latere bewoners? Bleef het huis lange tijd in de familie of ging het over naar steeds weer nieuwe bewoners? Vragen waarop u mogelijk een antwoord vindt in overdrachtsregisters. Want in Limburg werden al vanaf 1450 rechtshandelingen betreffende onroerend goed geregistreerd. Het eerst gebeurde dat in de steden. Later ook op het platteland. Transacties van huizen leveren dus archiefstukken op. Daarin is de geschiedenis van een huis tot in de zeventiende of achttiende eeuw na te zoeken. En heeft u geluk, dan lukt dat soms tot in de (late) middeleeuwen.
Koop en verkoop van een huis moesten voor de schepenen plaatsvinden en de eigendomsovergang werd geregistreerd in zogenaamde overdrachtsregisters of transportregisters. Echter, in de introtekst werd al geschreven dat in Noord- en Midden-Limburg partijen direct voor schepenen en de secretaris van het gerecht verschenen, terwijl in Zuid-Limburg vanaf de zestiende eeuw veelal eerst de tussenkomst van een notaris werd ingeroepen. In Zuid-Limburg konden dus huizen en ander onroerend goed voor een notaris worden overgedragen. De notariële akte moest dan vervolgens in het overdrachtsregister van de schepenbank worden overgeschreven.
Bent u op zoek naar de geschiedenis van uw woning van vóór 1796 en wilt u weten wie er in het verleden woonden? Dan kunt u de opeenvolgende eigenaren vinden in de overdrachtsregisters van de vele schepenbanken in Limburg.
Voor Maastricht en de rest van Zuid-Limburg kunt u daarnaast ook gebruik maken van de notariële archieven. Houd er hierbij rekening mee, dat eigentijdse en vaak onvolledige naamlijsten de enige toegang op de notariële archieven vormen.
Online zoeken naar overdrachtsregisters
Overdrachtsregisters zoeken aan de hand van schepenbank archieven
U kunt direct via www.archieven.nl zoeken naar schepenbank archieven. Hiervoor typt u ‘Schepenbank’ in het zoekveld op archieven.nl. Vervolgens verschijnt een overzicht van aangetroffen schepenbank archieven (Onder de titel en archiefcode staat tevens of er delen van dat archief zijn gedigitaliseerd). Vervolgens kunt u uw zoekopdracht verfijnen door de naam van een dorp/gehucht te typen in het zoekveld 'Alle woorden'.
Bedenk hierbij dat dorpen vaak een eigen schepenbank hadden en dat gehuchten meestal onder de schepenbank van het naburige dorp vielen. Een houvast is dat de indeling doorgaans maar weinig afweek van de gemeentelijke indeling van de negentiende eeuw.
Overigens kan het voorkomen dat er in het archief van een schepenbank geen overdrachtsregisters aanwezig zijn.
Zoeken naar overdrachtsregisters in schepenbank archieven aan de hand van een toegangscode
De schepenbank archieven van een groot deel van het Limburgse grondgebied bevinden zich onder ‘toegang 01’. Deze kunt u vinden door in het zoekveld 'Alle woorden' de code 01* te typen.
Het merendeel van de schepenbanken uit het Zuid-Limburgse Heuvelland bevindt zich in een samenvoeging van archieven onder toegangsnummer 01.075, ‘de Landen van Overmaas’.
Een uitzondering daarop vormen de drie Maastrichtse schepenbanken; deze bevinden zich onder ‘toegang 20’. Deze zoekt u door 20* in het zoekveld te typen. De Maastrichtse schepenbank bestaan uit het Luiks Hooggerecht 20.087A, het Brabants Hooggerecht 20.086A en het gerecht van Vroenhof 20.088A.
Helaas is de overgrote meerderheid van deze registers niet geïndexeerd; u moet dus het gehele register doornemen om de juiste akte te vinden. Enkel voor de Maastrichtse overdrachtsregisters is een index beschikbaar in onze studiezaal.