Zoeken door alles
Regesten ( Historisch Centrum Limburg, te Maastricht )
beacon
301  regesten
 
 
 
 
Regestenlijst
Regest
301 1500 november 11
“in ’t jair onss Heren duysent vijffhondert op sent Mertijnsdach episcopi in den wynter”

Burgemeesters, schepenen, raad, gemene burgers en ingezetenen der stad Roermond verklaren dat zij ten laste van de stedelijke inkomsten hebben verkocht aan de deken en kanunniken van de H. Geest een rente van zeven overlandse Rijnse gulden.
Organisatie: Historisch Centrum Limburg, te Maastricht
 
 
 
 
 
Regestenlijst
Regest
300 1500 mei 9
“in ’t jair onss Heren dusent ende vijffhondert des negenden daighz in den mey des maends”
Arnolt Neutkens en Heynrick van der Kraicken, schepenen te Roermond, verklaren dat Johan van Bracht heeft verklaard dat hij van Johan van Rey, deken van het kapittel van de H. Geest, twee kamers heeft gekocht achter de huizen van de deken en het kapittel in de Lombaertstraten, en wel met de toestemming om deze nog zes voet te mogen uit breiden. Hij belooft nu niet verder dan deze zes voet te bouwen noch aan het huis van het kapittel licht te ontnemen. Zouden hij of zijn rechtsopvolgers op het erf een koestal of varkensstal willen plaatsen, dan mag zulks enkel aan de zijde van het huis van de deken. De stallen mogen niet hoger dan twaalf voet worden. Het privaat zal gemeenschappelijk zijn.
Organisatie: Historisch Centrum Limburg, te Maastricht
 
 
 
 
 
Regestenlijst
Regest
299 1499 september 21
“in ’t jair onss Heren duysent vierhondertnegenendetnegentich op sent Matheusdach apostoli et evangeliste”
Burgemeesters, schepenen, raad en gemene burgers en ingezetenen der stad Roermond verklaren dat zij ten laste van de stadsmiddelen hebben verkocht aan Herbert van den Poll en Margriet een rente van tien overlandse Rijnse keurvorsten gulden.
Organisatie: Historisch Centrum Limburg, te Maastricht
 
 
 
 
 
Regestenlijst
Regest
298 1496 februari 3
“anno a nativitate Domini millesimo quadringentesimo nonagesimo sexto indictione quarta decima die vero mercurii tercia mensis februarii”
Voor Leonardus de Prumeren, conservator van de rechten en privileges van de universiteit te Keulen, werd een procedure gevoerd tussen Theodericus de Hushoeven, baccalaureus in de rechten en kanunnik van het kapittel van de H. Geest te Roermond, enerzijds en de deken of vice-deken en kanunniken van genoemd kapittel anderzijds. Uiteindelijk droegen Theodericus de Hushoeven alsmede Johannes Gellen, vice-deken, Henricus Tolner en Johannes Benedicti, kanunniken, namens het genoemd kapittel, de beslissing van de geschillen op aan scheidslieden, te weten Tilmanus Slecht, doctor der decreten, proost van de Apostelenkerk te Keulen, Johannes de Dalen, licentiaat in de decreten, advocaat van het hof te Keulen, en Henricus Hushoeven, baccalaureus in de rechten.
In aanwezigheid van notaris Gortfridus Tzevel de Floverich en de getuigen Johannes Fabri de Ruremunda, Petrus de Gutzenraid en Hermannus Gravenkamp de Tremonia deden de scheidlieden de volgende uitspraak: Theodericus van Hushoeven zal zijn prebende als vanouds met alle inkomsten genieten. Deken en kapittel zullen hem als oudste kanunnik op waardige wijze behandelen. Indien hij resideert en aan het officie deelneemt, heeft hij deel aan de presentiën en uitdelingen. Hij ontvangt binnen twee weken de helft van de presentiegelden waarop hij recht meent te hebben, de vordering die aanleiding gaf tot het proces.
Datering:
1496 februari 3
Notabene:
Origineel op perkament, inv.nr. 320; eenvoudig afschrift op papier, inv.nr. 322, f. 32v.-33 (tweede telling).
Ga naar dit stuk:
1496 februari 3
“anno a nativitate Domini millesimo quadringentesimo nonagesimo sexto indictione quarta decima die vero mercurii tercia mensis februarii”
Voor Leonardus de Prumeren, conservator van de rechten en privileges van de universiteit te Keulen, werd een procedure gevoerd tussen Theodericus de Hushoeven, baccalaureus in de rechten en kanunnik van het kapittel van de H. Geest te Roermond, enerzijds en de deken of vice-deken en kanunniken van genoemd kapittel anderzijds. Uiteindelijk droegen Theodericus de Hushoeven alsmede Johannes Gellen, vice-deken, Henricus Tolner en Johannes Benedicti, kanunniken, namens het genoemd kapittel, de beslissing van de geschillen op aan scheidslieden, te weten Tilmanus Slecht, doctor der decreten, proost van de Apostelenkerk te Keulen, Johannes de Dalen, licentiaat in de decreten, advocaat van het hof te Keulen, en Henricus Hushoeven, baccalaureus in de rechten.
In aanwezigheid van notaris Gortfridus Tzevel de Floverich en de getuigen Johannes Fabri de Ruremunda, Petrus de Gutzenraid en Hermannus Gravenkamp de Tremonia deden de scheidlieden de volgende uitspraak: Theodericus van Hushoeven zal zijn prebende als vanouds met alle inkomsten genieten. Deken en kapittel zullen hem als oudste kanunnik op waardige wijze behandelen. Indien hij resideert en aan het officie deelneemt, heeft hij deel aan de presentiën en uitdelingen. Hij ontvangt binnen twee weken de helft van de presentiegelden waarop hij recht meent te hebben, de vordering die aanleiding gaf tot het proces.
Organisatie: Historisch Centrum Limburg, te Maastricht
 
 
 

Uitgelicht