We beginnen het nieuwe jaar goed bij het HCL. Vanaf vandaag is het archief van het Militair Gezag in Limburg (toegangscode 07.E09) eindelijk digitaal toegankelijk! Dit archief is al openbaar sinds 1 januari 2021, maar werd tussen 2021 en 2023 opnieuw geïnventariseerd met een subsidie van het Mondriaanfonds. Het is vervolgens extern gedigitaliseerd en kon daarom enige tijd niet worden geraadpleegd.
Het Bureau Militair Gezag (BMG) werd op 28 januari 1943 door de minister van Oorlog, zetelend in London, ingesteld. Haar taak bestond uit de opbouw en oefening van een gezagsapparaat voor het Nederland van na de bevrijding. Het BMG werd voor het eerst actief in Limburg, na de bevrijding van Maastricht op 14 september 1944. Het Militair Gezag (MG) in Limburg had zodoende een voorbeeldfunctie voor de MG's die later in de andere provincies werkzaam waren. De archieven van het MG vormen belangrijke bronnen voor de naoorlogse periode, door de speciale omstandigheden waarin het MG werd ingesteld en waaronder het werkzaam was.
Het MG in bevrijd Nederland had drie taken. Allereerst was het verantwoordelijk voor het handhaven van openbare rust en orde. Daarnaast moest het de verbindingen tussen de Nederlandse civiele organen en de geallieerde legerautoriteiten onderhouden en fungeren als voorpost van de Nederlandse regering. De bevoegdheden van het MG waren vergaand. Zo mocht het aanwijzingen geven aan de burgerlijke gezagsorganen, algemeen verbindende voorschriften ('verordeningen') opleggen aan de burgerij en preventieve censuur uitoefenen. Op 4 maart 1946 werd het MG geliquideerd.
Het archief van het Militair Gezag in Limburg bestaat uit 185 archiefdozen (19,8 meter) en bevat - onder meer - informatie over hoe met 'foute' landgenoten werd omgegaan, voedseltekorten, grensbewaking en repatriëring van Nederlanders die in kampen of fabrieken gevangen zaten. In het archief zijn bijzondere stukken te vinden, zoals een brief van de Militaire Commissaris in de Provincie Limburg Van der Lende waarin deze het landelijk MG verzoekt om gearresteerde S.S.'ers naar Limburg te sturen om deze te laten meehelpen met het ruimen van mijnen. Hierbij waren in een eerder stadium namelijk al een aantal (dodelijke) ongelukken gebeurd. Ook bevat het archief een brief van de kunstenaar Edmond Bellefroid aan de Militair Commissaris in de Provincie Limburg Schurmann. Hierin reageert hij in zeer felle bewoordingen op het rantsoeneren van schilderslinnen, een product dat na de oorlog - zoals veel andere producten - alleen op de bon verkrijgbaar was. Een ander noemenswaardig stuk is een brief aan de Militaire Commissaris voor de Provincie Limburg over een kwestie waarbij een slager in Beek een pand van een joodse slager heeft overgenomen. Deze joodse slager is echter na de oorlog weer teruggekeerd en eist het pand op.
Nu de in totaal 160.000 scans online staan, worden de originele stukken in het kader van behoud niet meer ter inzage gegeven.